top of page

TWEE DAGEN WESTHOEK: VERSCHIL VAN DAG EN NACHT MET ÉÉN CONSTANTE FACTOR

MINIBUSEXCURSIES: 23 EN 24 AUGUSTUS 2023


De hoogwatervluchtplaats Westhoek is één van de meest spectaculaire natuurverschijnselen in Nederland. Dat wil zeggen: het kán één van de meest spectaculaire natuurverschijnselen zijn, maar dan moet het wel een beetje mee zitten.

Er zijn drie componenten die een rol spelen en slechts één daarvan kun je redelijkerwijs voorzien: het getij. Op basis van de hoogte van het getij wordt de datum van de excursie gepland en dat zit dus sowieso wel goed. De ervaring heeft inmiddels geleerd welke hoogtes de beste kansen bieden op veel vogels dichtbij en het geweld van wolken steltlopers om je oren.

Maar er zijn nog twee andere elementen die een rol spelen, waarvan één cruciaal is voor waar de vogelvoorstelling zich zal afspelen en daarmee ook de mate waarin je kans maakt om de vogels goed te bekijken en er wellicht een zeldzaamheid uit te pikken: de wind. Bij een gemiddeld tij is weinig wind prima en nog beter is een matig windje uit iets met west of noord erin. Aflandige wind is dan weer minder gewenst; het water wordt dan wat terug geblazen, en aangezien de vogels graag rond de vloedlijn verblijven, kan het zijn dat ze dan op wat grotere afstand blijven.

Tenslotte is er, net als altijd, het weer in het algemeen. Felle zon is niet prettig (warmtetrilling), maar regen en harde wind is al helemaal vervelend, omdat je op het Wad dan wel erg overgeleverd bent aan de elementen.

Kortom: het is een delicate mix van variabelen die het succes van een dag bepaalt en dan nog kun je soms verrast worden. Meer dan eens bleken dagen die op het oog ongunstig leken ineens toch heel goed of andersom. "Gewoon gaan" is altijd het devies in de natuur en geldt voor Westhoek evenzo.

Afgelopen woensdag en donderdag stonden de twee traditionele dagen Westhoek weer op de kalender en het werden twee nogal verschillende excursies. De hoogte van het tij verschilde niet significant, maar de twee andere variabelen maakten dat de ene dag prima was en de andere (helaas!!) een vrij magere afspiegeling van wat het kan zijn.

De eerste excursiedag verliep precies zoals gepland, de tweede vergde veel van mijn improvisatievermogen. Het begin van de twee dagen verschilde nauwelijks. We startten beide dagen op de pier van Holwerd (met de eerste steltlopers en als meest opmerkelijke soorten op dag 1 een IJsvogel en een Ringmus!) en reden daarna naar de kwelders van Ternaard. Hier is al een geruime tijd een (vermoedelijk) paartje Graszangers aanwezig en deze zeldzame vogels lieten zich hier op beide dagen mooi zien. Deze soort is dit jaar aan een opmerkelijke opmars bezig en zit inmiddels op enkele plekken in het land, voornamelijk op ruige terreintjes langs de kust. Het is al eens eerder voorgekomen dat een definitieve vestiging van Graszangers in Nederland aanstaande leek, maar deze zette toen uiteindelijk niet door. Het is interessant om te zien of ze nu wel een voet aan de grond krijgen en een welkome aanvulling op de Nederlandse avifauna gaan vormen!







Na Ternaard gingen dag 1 en 2 helaas en tot mijn grote spijt nogal uit elkaar lopen. Dag 1 ging eigenlijk volgens het boekje. We tuften rustig richting Westhoek en kwamen daar netjes twee uur voor hoog water aan. Nadat we ons hadden geïnstalleerd werden we verrast door... wederom een zingende Graszanger, ditmaal vlak achter ons! Het blijft nog steeds een zeldzaamheid, dus ik wilde deze vogel graag even documenteren. Dat lukte ternauwernood, want 10 minuten na de ontdekking was de vogel in geen velden of wegen meer te vinden. Erg leuk en zelfs een nieuwe "zelf ontdeksoort" voor Nederland voor mij (en ik ben toch al wat uurtjes buiten geweest in mijn leven)!


En hoewel we er natuurlijk waren voor de steltlopers, vormden twee rovers, naast de Graszanger, de soorttechnische hoogtepunten. We zagen boven de kwelder namelijk zowel een Visarend als een Velduil rondflappen!


Maar ook de steltlopers stelden niet teleur. Omdat het tij rustig maar gestaag opkwam was misschien iets minder dynamisch dan het wel kan zijn, maar over aantallen en afstand hadden we weinig klagen. We vonden bij Wetshoek, noch bij de afsluitende locatie Zwarte Haan geen krent in de steltloperpap, maar dat deerde niet: alle "gewone" soorten als Bonte strandloper, Kleine strandloper, Zilver- en Goudplevier, Bontbekplevier, Wulp, Regenwulp, Grutto en Rosse grutto, Drieteenstrandloper, Krombekstrandloper en Kanoet (en dan vergeet ik er vast nog een paar) lieten zich erg goed en mooi bekijken.





Na zo'n dag was er weinig reden om aan te nemen dat dag 2 anders zou verlopen. Ja, er was regen voorspeld, maar de meeste sites meldden dat het om ons heen dan wel achter in de middag zou vallen en ook de wind leek aanvankelijk niet uit een gek andere hoek te komen.

Helaas bleken de voorspellingen weer eens niet te kloppen (het is ook erg lastig, kan ik me voorstellen) en had de groep van dag 2 gewoon een beetje pech. De wind bleek aflandig en nog vervelender: een flink regengebied passeerde precies midden in de excursie boven Westhoek en omgeving. Dan is het dus zaak om de flexibiliteitsmodus aan te zetten en te kijken hoe je toch nog wat leuke soorten kunt zien en de nattigheid nog zo goed mogelijk kunt omzeilen. We besloten dus voor de regen uit naar de Ezumakeeg te rijden. Dat betekende een behoorlijk aantal extra kilometers, maar bracht nog wel even (min of meer) droog vogels kijken en best wat leuke steltlopers. Leukste soort was een Temmincks strandloper tussen de Kleine- en Krombekstrandlopers, maar ook Kemphanen en Reuzensterns lieten zich hier zien.

Vanuit de Keeg reden we toch maar richting Westhoek, omdat buienradar ons een einde aan het regengebied beloofde. Nadat we eerst de groep Sneeuwganzen hadden bekeken (deze verwilderde groep hangt hier elke nazomer rond) waagden we ons toch de kwelder op. Dat ging qua neerslag aardig, maar door de aflandige wind bleven de vogels eigenlijk net te ver weg om echt leuk te zijn. Wel liet de Visarend zich weer zien en was de potentie van het gebied zichtbaar; duizenden en duizenden steltlopers zaten rustig op de zandplaten en deden hier in alle rust waarvoor ze hier uiteindelijk verzamelen: uitrusten en overtijen.

Bij Koehool, de plek waar je als vogelaar naar toe kunt als het tij niet ver genoeg komt bij Westhoek, zaten wel vogels dichtbij; het gaat dan echter niet om de massa's zoals bij Westhoek, maar is een best aardig alternatief. Het regende echter weer toen we daar aankwamen, dus wachtten de betere tijden af met een vogelgeluidenquiz in de bus ;-). Uiteindelijk konden we naar buiten en zagen we, naast behoorlijke aantallen steltjes, een groepje van 6 Baardmannen langdurig poseren bovenin wat dode rietstengels. Helaas had ik mijn camera in de bus gelaten...

Al met al kreeg de groep van dag 2 dus niet het spektakel voorgeschoteld waarop we hoopten en dat is toch altijd heel erg jammer en vervelend en geeft je als gids (hoewel je er niets aan kunt doen) ook wel een rotgevoel. Het hoort er helaas wel bij en is nou eenmaal een risico dat natuur met zich mee brengt. You win some, you lose some; het is net het leven zelf ;-).

284 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Comments


bottom of page