De vierde volle vogeldag maar de vijfde van de Birdingbreaks/Birdinghollandreis naar Extremadura kan de boeken in als de meest soortenrijke tot nu toe. Dat was niet zo gek, want we bezochten een aantal verschillende habitats en dan kan de teller snel oplopen. Meestal wordt de kwantiteit vooral bepaald door de "gewone" soorten, maar er zat toch ook een mooi aantal krenten in de vogelpap van vandaag! En ik kan niet vaak genoeg herhalen dat rondrijden in een bloemenzee een onuitputtelijke bron van genot is, los van wat onze gevleugelde vrienden daar nog aan toevoegen!
We begonnen met een ochtendje (andere) steppe. Aanvankelijk leek het wat rustig, maar langzaam maar zeker kwam de dag toch flink op stoom en lieten we het gebied achter met o.a. waarnemingen van meerdere baltsende ("natte scheetjes latende", om met Olaf te spreken) Kleine trappen, een wederom verre groep Witbuikzandhoenders, vele zingende Kalander-, Kortteen-, Kuif- en Theklaleeuweriken, zeker 6 Scharrelaars (ook roepend en baltsend!), twee Steenuilen, veel Kleine torenvalken, Hoppen, Bijeneters, Raven, een Slangenarend, Vale- en Monniksgieren, Rode- en Zwarte wouwen, Dwergarenden en nog het één en ander meer. Amai!
Bij een volgende stop diende zich de volgende dikke krent aan. Of twee, eigenlijk, want een paartje Grijze wouwen liet zich werkelijk schitterend zien, zowel rondvliegend als zittend in wat vast en zeker de nestboom is. Een nabijgelegen plasje was goed voor o.a. Purperreigers en een kortstondig opvliegende Purperkoet.
Na een stop voor koffie en sanitair reden we, via een stop bij een brug buiten het "stopdorp" (waar we werden gefopt door Tijgervinkjes die feilloos een Buidelmees imiteerden) het irrigatiegebied Vegas Altas in. Waar we vorig jaar nog af en toe moesten schuilen voor stofstormen, was het nu zonnig, droog en warm maar wel ontzettend nat en groen. Het was dus een prettig aangezicht, maar écht uitbetalen in vogels deed het gebied dan ook weer niet. Wel troffen we o.a. twee verrassende Engelse kwikstaarten naast vele Iberische (Witkeel-)kwikstaarten, Grote karekieten, een IJsvogel, enkele Kleine plevieren, vele Zwervende heidelibellen en Moors bruin blauwtjes en tweemaal een Egyptische mangoest!
De laatste stop van de dag was aan de rand van een stuwmeer, wat best aardig bleek. Blauwe eksters, Roodstuitzwaluwen, een Geoorde fuut en nog wat nieuwe doch in Nederland algemene tripsoorten als Groenpootruiter en Smient vormden een rustig doch prettig einde van weer een lange vogeldag.
Dat wil zeggen: een einde voor sommigen, want de echte fanatici of mensen die nog energie over hadden konden nog mee op een avondttripje om naar Moorse nachtzwaluwen te luisteren. Dat lukte met wat geduld goed, maar jammer genoeg kwamen ze niet zo dichtbij dat we wat met de warmtekijker konden. Het bleef dus bij een auditieve waarneming, maar dat maakte de beleving er niet minder om!
Commentaires