MINIBUSEXCURSIE, 2 SEPTEMBER 2024
Na de moeizame en winderige excursie van twee dagen eerder, kregen we op de tweede editie van de Honderd soortendag heel andere omstandigheden voorgeschoteld. Broeierig warm, zonnig, blauw maar met maar heel weinig wind uit een bovendien gunstigere richting. Dat maakt het meteen een stuk makkelijker om richting de honderd en er uiteindelijk ruim overheen te gaan. Hadden we dan niets te klagen? Nou misschien dat de roofvogels door deze omstandigheden vaak wel erg ver en hoog bleven. Mede daardoor konden we ons ook niet met zekerheid mengen in het Roodpootvalkengeweld dat Nederland overspoelde. We zagen enkele valkjes die goed Roodpoten hadden kunnen zijn, maar die net te ver weg bleven om met zekerheid die leuke soort te kunnen noteren. Daarover zo meer.
We startten zoals te doen gebruikelijk in het bos. Daar moet je in deze tijd van het jaar niet te veel van verwachten (het is er doorgaans stil). Geheel zonder bos/zangvogels kun je op een dag als deze ook niet, dus je probeert er toch nog zo veel mogelijk "uit te halen". O.a. Vuurgoudhaan, Goudhaan, Boompieper, Glanskop, Geelgors, Groene specht en zowaar een strak overvliegende Visarend maakten de start gewoon prima. Op weg naar het veen moesten we (oké, gingen we omdat het kon) vol op de rem voor weer een overvliegende Visarend, ditmaal een juveniel in veel beter licht. De eerste Kraanvogels van de dag stonden ver in het veld (maar die tellen ook ;-))
Dat er veel meer roofvogels vlogen dan twee dagen eerder, was al meteen duidelijk toen we de toren opliepen, maar het magere licht en de afstand maakten het ons niet makkelijk. Al snel zagen we een belletje met een Buizerd of zes en enkele valkjes vliegen. Zeer waarschijnlijk betroffen het zeker twee Roodpootvalken, maar zoals gezegd: afstand, licht en luchttrilling deden ons de roodpootdas om. Wel lukte het uiteindelijk ook twee jonge Slechtvalken als zodanig te determineren, zagen we enkele Bruine kiekendieven alsmede een (donkere) juveniele Wespendief, een Slangenarend en negen Kraanvogels. Voor de libellenliefhebbers waren enkele, zeer zeldzame, Noordse glazenmakers een leuke bonus!
Verder was het veen akelig stil, dus was de keuze om op tijd richting Lauwersmeer te gaan een makkelijke. Onderweg treffen we, zij het wederom op afstand, twee op libellen jagende Boomvalken. In het Jaap Deensgat waren we nauwelijks uitgestapt of de, voor velen, vogel van de dag hing zo maar boven ons hoofd: een juveniele Zwarte ooievaar! Kijk, dat zijn de soorten waarop je in deze tijd van het jaar altijd hoopt! Zo snel als 'ie kwam, zo snel was 'ie ook alweer knetterhoog opgecirkeld en verdwenen in de "blauwe soep", ons dankbaar achterlatend.
Ook de rest van het verblijf aan de Groninger zijde van het gebied, inclusief de haven, was uiterst productief: Paapje, Baardman, Zomertaling, Reuzenstern, Zeearend, Dwergmeeuw, Dwergstern, Grote stern, Zwarte stern en Geelpootmeeuw waren enkele van de hoogtepunten.
Vanaf de dijk bij Bantpolder harkten we nog wat verre steltlopers en zowaar een vroege Rotgans binnen, maar in de Ezumakeeg was het naast productief ook echt genieten. Er zijn op een nazomeravond weinig plekken mooier en beter dan deze. We zagen dan ook veel en knalden hard en gedecideerd over de honderd dagsoorten heen. We zagen o.a. 2 Grauwe franjepoten, 2 Koereigers, meerdere Krombek- en Kleine strandlopers, een Zeearend, een Steltkluut, Grutto's, een krankzinnig aantal Goudplevieren, een Havik, Reuzensterns, Zwarte ruiters en een ontsnapte Bahamapijlstaart, tezamen met nog vele andere, algemenere soorten. Een speciale vermelding verdient de Waterral die ons verblijde met enkele minuten open zicht op korte afstand. Fantastisch, dat zie je toch maar zelden!
Zo eindigden we op een keurige 110 soorten en zo goed als iedereen ging ook individueel over de 100 soorten heen (iedereen mist wel eens wat gedurende zo'n dag). Toch opmerkelijk hoe verschillend twee dezelfde excursies kunnen zijn met twee dagen ertussen.
Nog ééntje te gaan, ik ben benieuwd!
Comments