Op dag drie van de reis naar Extremadura stonden dan eindelijk de steppes op het programma. Deze schier eindeloze vlaktes zijn ongetwijfeld één van de meest aantrekkelijke vogellandschappen van Spanje en een zeer voorname reden om dit gebied in deze tijd van het jaar te bezoeken. Ze miegelen van het leven en huisvesten bovendien enkele zeer tot de verbeelding sprekende soorten.
Na het ontbijt en het bezoek aan de supermarkt voor de picknicklunches, brachten we weer even een bezoek aan de huis-Dwergooruil. Deze zat er een stukje beter bij dan gisteren, maar het weelderige loof van de kastanjeboom die de vogel zijn thuis noemt zal ons waarschijnlijk een vrij zicht op de vogel blijven ontnemen. We moeten dus misschien maar blij zijn met deze, toch al behoorlijk royale, blik!
De steppes beginnen net buiten Trujillo al, dus na een kwartiertje rijden waren we reeds bij het eerste uitzichtpunt. Hier was het aanvankelijk redelijk rustig, totdat er in noodvaart een Smelleken langs kwam scheuren. Ik moet steeds weer even schakelen als dit me overkomt in een land als Spanje. In mijn hoofd zit nog steeds een hardnekkige associatie met Noord-Europa als het gaat om deze soort, maar het is bekend dat ze heel erg zuidelijk kunnen overwinteren. Ik heb er zelf bijvoorbeeld ook wel eens één gezien op de Canarische eilanden...
Het volgende moment zal ongetwijfeld bij alle deelnemers nu al de boeken in gaan als één van de hoogtepunten van deze reis. We waren net weer ingestapt en reden een kilometer op weg naar de volgende stop, toen achter mij de legendarische vraag "Zijn dat ganzen??" werd gesteld. Je begrijpt, niet alle deelnemers zijn even gevorderd op vogelgebied en dat is natuurlijk helemaal niet erg. Sterker nog, het levert je geheel gratis een moment op om niet meer te vergeten! Ganzen en Centraal-Spanje zijn, om het licht eufemistisch uit te drukken, een niet erg gangbare combinatie en je hebt vast wel een donkerbruin vermoeden wat het wel waren: GROTE TRAPPEN! Deze soort is natuurlijk een absolute knaller op alle fronten en de embleemsoort van de streek. We troffen een groep van zeven opvliegende vogels en tot onze grote verbazing en vooral vreugde vlogen ze een korte ronde over de vlakte om vervolgens recht op ons af te komen! In perfect licht flapten deze kolossen langs ons en landden ook nog eens op voor de soort zeer acceptabele afstand, waar ze zich wederom geweldig lieten zien. Een momentje voor de eeuwigheid, zou ik zeggen!
Om de vreugde compleet te maken vond ik, bij het scannen van de velden, ook zo maar vier Witbuikzandhoenders aan de grond! Dit zijn altijd erg lastige vogels om te zien te krijgen en als het lukt, is het vaak alleen vliegende en vaak op afstand. Deze waren echter prima te zien, maar door de inmiddels aanwezige luchttrilling wat lastig vast te leggen.
De volgende uurtjes werden, naast aan koffie in een lokaal barretje, besteed aan het speuren naar meer steppesoorten. Dit bracht onder andere vogels als Kalanderleeuwerik, Spaanse keizerarend, Grauwe kiekendief, Slangenarend, Vale- en Monniksgieren, Rode patrijzen, twee Kleine trappen (te ver weg voor een foto), Kleine torenvalken, Hoppen, Bijeneters en een eerste, door deelneemster Stella keurig gevonden en op naam gebrachte Kuifkoekoek! Deze laatste vloog helaas weg voor hij/zij vereeuwigd kon worden (misschien mede dankzij een wat onhandige manoeuvre van ondergetekende, die bij het optillen van de verrekijker per ongeluk de claxon aantikte...), dus daar ligt nog een klusje voor de komende dagen.
Het laatste deel van de middag had nog twee doelen: het vinden van een Scharrelaar en een bezoekje aan een stuwmeer. Welnu, dankzij de hulp die de Scharrelaars in het gebied krijgen middels door de lokale vogelbescherming opgehangen nestkasten, is het vinden van deze prachtsoort niet zo moeilijk meer. Zoek de kasten, vind de vogels. Gelukkig zaten ze heel af en toe ook op een wat natuurlijkere ondergrond; dat staat en voelt gewoon net even "echter" ;-)
De laatste bestemming van de dag was een stuwmeer nabij Cáceres. Water is in deze regio schaars, dus waar water is, is leven. Ook hier was dat het geval, met o.a. Cirlgors, Alpengierzwaluwen, Rotszwaluwen en Kleine zwartkoppen. Maar na flink wat speurwerk vonden we ook de soort waar we stiekem een beetje op hoopten, eentje die in Europa vrijwel uitsluitend in Spanje te vinden is en dus ook een specialiteit genoemd mag worden: Zwarte tapuit! Klein puntje van gezeur: hij zat wel wat ver weg... Ik kon er met heel veel moeite nog net een paar bewijspixels uit persen.
Nadat Google maps ons bij terugkomst door straatjes leidden die duidelijk aangelegd zijn in de tijd dat er nog geen minibusjes bestonden (steil en soms met slechts enkele centimeters over aan weerszijden van de spiegels...) bereikten we iets later dan gepland uiteindelijk weer het hotel en het welverdiende avondeten. Morgen verder, morgen meer!
Comments