MINIBUSEXCURSIE, 8 JUNI 2024
Ik weet niet wat het is met deze hoek van het land en met deze excursies, maar de Achterhoek komt bijna altijd met soorten op de proppen waarop we vooraf niet hadden gerekend. Deze keer was het niet anders, al was het wel zo dat de verrassingen ditmaal vooral in de insectenhoek zaten. We zagen een aantal geweldige soorten, maar de eerlijkheid gebiedt te zeggen dat er ook wat dingetjes ontbraken die de afgelopen jaren altijd acte de présence hadden gegeven. Het percentage vogels in het algemeen en roofvogels in het bijzonder was bijvoorbeeld wat laag. Nu is het zo dat er voor bijvoorbeeld de spechten ook haast geen slechtere tijd denkbaar is om naar ze te zoeken als nu, met de bomen vol in blad en het broedseizoen nog net gaande of al voorbij. Ze leven dan een overwegend geruisloos en teruggetrokken bestaan. Wil je in de Achterhoek spechten zien, ga dan vooral mee op de spechtenexcursies in het voorjaar. Maar ook de roofvogels, waarvoor het nu best een goede tijd zou kunnen zijn, lieten het wat afweten vandaag. Hetzelfde kan gezegd worden van de zeldzame Hoogveenglanslibel. Ik zag tweemaal kort een exemplaar vliegen, maar dat was te snel en te ver weg voor een degelijke groepswaarneming. Het werd op het veen helaas net iets te snel bewolkt, waardoor de vliegactiviteit snel minder werd.
Maar de kunst van in de natuur zijn is om te koesteren wat je wél en niet te balen van wat je niet ziet. Nu zeg ik dat wel heel makkelijk, maar ook ik heb dat moeten leren en heb in dat proces nog steeds mijn terugvallen ;-). Tijdens deze excursie ging het me echter goed af, maar dat kwam ook omdat de "missers", voor zo ver je daarvan kan spreken, ruimschoots werden gecompenseerd door een prachtige set soorten, inclusief dus wat aangename verrassingen.
We startten in het prachtige bos waar in het voorjaar ook de spechtenexcursies plaatsvinden. Hoe anders ligt het er nu bij ten opzichte van 2,5 maanden geleden. Alles is weelderig groen, de ondergroei is prachtig maar de zangactiviteit bij vogels is inmiddels flink gekelderd. Er zijn nu, met de jongen erbij, waarschijnlijk meer vogels aanwezig dan toen, maar daar merk je weinig meer van! Met pijn en moeite wisten we er een Middelste bonte specht uit te halen, maar een zeldzame Kortsnavelboomkruiper was ons gelukkig nog wel gunstig gezind. Daarnaast ging een paartje Grote gele kwikstaarten duidelijk voor een tweede leg en baltste er nog lustig op los. Verder hoorden we meermaals IJsvogels, zongen er nog wat Vuurgoudhanen maar was het verder op vogelvlak dus rustig.
Maar over libellen en juffers hadden we niets te klagen. Het wemelde er werkelijk van zowel de algemene Weidebeekjuffers als de veel zeldzamere Bosbeekjuffers; nog nooit zag ik zulke grote aantallen bij elkaar. De grootste verrassing was echter een heuse en zeldzame Beekrombout! Hoewel het habitat natuurlijk goed geschikt is, heb ik deze soort hier in alle vorige jaren nooit aangetroffen en zie ik ook nauwelijks meldingen uit deze hoek langskomen. Erg leuke waarneming, dus!
De wandeling over het veen stelde dus iets teleur. Vluchtige Hoogveenglanslibellen die verder niemand zag, afnemende zonneschijn en nauwelijks roofvogels zorgden ervoor dat het een leuke maar wat kale rondwandeling werd. Hoewel, ik doe dan wel soorten als Vuurlibel, Tengere grasjuffer (die zie ik echt niet vaak!) en Penseelkever een beetje tekort. En wat te denken van een paartje Grauwe klauwieren dat deelneemster Wilma opmerkte op het moment dat we alweer in het minibusje zaten. Oh, een de prachtige Middelste bonte specht moet ik niet vergeten. En een zingende Blauwborst was ook nog van de partij. Eigenlijk was het zo gek nog niet... ;-)
Bij de steengroeve konden we geen Oehoes meer vinden. Afgelopen weken verschenen er ineens doodleuk foto's van bijna vliegvlugge, jonge Oehoe's op de oude plek in de groeve. Blijkbaar is er dus toch gebroed, maar op een ander plekje dan vorige jaren en uit zicht! Deze excursie is echter altijd net wat te laat gepland voor deze soort; de jongen zijn nu meestal al zelfstandig aan het rondzwerven en dan nauwelijks meer te vinden. Tsja, een week eerder zou kunnen helpen, maar dan ben je misschien weer net te vroeg voor andere leuke soorten. Één ideale datum voor alles bestaat helaas (of gelukkig) niet.
Maar een wandeling in de buurt leverde nog wel een heel mooie soort in de vorm van een Beekoeverlibel op. Ook weer zo'n soort die ik nog nooit eerder was tegengekomen en waar velen erg blij van werden. En ikzelf uiteraard ook; ik zie deze zeldzame, zuidoostelijke soort ook nauwelijks. Verder zagen we een voerend paartje Gekraagde roodstaarten en riep er een Zwarte specht meermaals vanuit de bosrand.
De volgende stop op een ruig veldje omzoomd met struweel bewees maar weer eens dat vele ogen ook een belangrijk ingrediënt zijn van een succesvolle dag. Binnen twee minuten vond eerst deelneemster Carolien een prachtige Kleine ijsvogelvlinder en sloeg Dirk vervolgens toe met een geweldige Iepenpage! In het (verre) verleden hadden we deze soort alleen een paar keer in Limburg getroffen en telkens hoog bovenin (je raadt het nooit) Iepen, maar dit exemplaar zat rustig en laag in een braamstruik. Fantastisch en voor velen de soort/waarneming van de dag!
De traditionele afsluiter van de dag vond net over de grens in het Duitse Zwillbrock plaats, alwaar zich de bekende broedkolonie flamingo's bevindt. We zagen er makkelijk meerdere, zowel Europese- ("echte") als Chileense flamingo's, hybrides en meerdere jongen. Altijd weer geinig en enigszins bevreemdend om deze vogels te zien rondlopen op een op het oog willekeurig ven tussen de Kokmeeuwen.
Hiermee kwam een einde aan een wederom prachtige en afwisselende dag in deze steeds weer verrassende hoek van het land. Volgend jaar gaan we zeker weer, data volgen in de komende weken (net als van heel veel andere excursies). Het programma voor de (na)zomer en het najaar is al wel compleet en te boeken, net als de zeevogeltochten in september en oktober.
Comments