Afgelopen zaterdag was het 19 oktober, een datum die voor fanatieke vogelaars klinkt als een oorstrelend muziekstuk. De combinatie van maand en getal staat voor spanning, voor "alles is mogelijk", voor najaar in volle glorie. Maar het kan natuurlijk ook maar zo zijn dat het herfst in volle glorie wordt, met regen, wind en een aanvoer die niet meteen zorgt voor een soortenpalet waaruit het moeilijk kiezen is. Daarnaast: een gevleugelde uitspraak onder vogelaars is even logisch als waar: zeldzame vogels zijn zeldzaam. Kortom: de kans dat je "iets raars" ziet is groter dan op vele andere data in het jaar, maar vanzelfsprekend is het nooit. Vandaag onderstreepte dat wel enigszins. Het recept van de excursie van dit weekend was dat we pas op de avond voor vertrek zouden bepalen waar we heen zouden gaan, afhankelijk van waar naar onze inschatting de grootste kansen zouden liggen op een mooie daglijst. Nu bleek dat niet meteen zo makkelijk als we gehoopt hadden, omdat de dagen ervoor nou niet meteen bol stonden van de waarnemingen van leuke soorten op een voor ons bereikbare locatie. De vondst van een Amerikaanse smient bij Harlingen maakte uiteindelijk dat de keuze viel op de west en noordwestkust van Friesland, waarbij we hoopten dat de twee busjes en twee gidsen (Lazar en ik, Martijn) zelf ook nog een duit in het zakje zouden kunnen. Welnu, om maar meteen met de conclusie te beginnen: we hebben nou niet meteen geschiedenis geschreven en misten in de ochtend ook nog eens de soort die ons richting Friesland had doen bewegen. Was het dan kommer ende kwel? Zeer zeker niet! We hadden al met al zeker een mooie vogeldag met uiteindelijk zeer meevallend weer (de voorspellingen deden het ergste vermoeden, maar we hadden slechts zeer kortstondig wat regen en verder zelfs vrij veel zon) en enkele hoogtepunten die niet per se zeldzaam maar wel mooi, leuk en/of onderhoudend waren. En op de daglijst prijkten uiteindelijk 90 soorten en dat is zeker niet misselijk! Nadat de in totaal 16 deelnemers allen mooi op tijd bij het verzamelpunt waren was de eerste bestemming niet meteen Friesland, maar een ruig veldje zo goed als naast de busjes. Omdat Lazar daar bij het wachten op de deelnemers een spannende pieper meende te horen (hij dacht aan Roodkeelpieper) besloten we hier te starten en het veldje grondig af te zoeken. De vermeende Roodkeelpieper troffen we niet aan, maar helemaal voor niets was het zeker niet. Naast Waterpiepers en overvliegende Toendrarietganzen vonden we namelijk maar liefst 5 (VIJF) Bokjes!! Deze minisnipjes vlogen op vanuit de drassigste stukken van het ruige veld en lieten zich daarbij prachtig zien en volgen. Fotograferen bleek een uitdaging, maar voor zo goed als alle (of zelfs alle?) deelnemers betekende dit een nieuwe soort en ook voor ons als gids was dit echt genieten en verre van alledaags!
Na deze kickstart was het dan toch echt tijd voor de rit richting Harlingen, die werd opgevrolijkt door een mooi groepje van 12 overvliegende Kleine Zwanen. Aangekomen op de plek waar de Amerikaanse Smient zich moest ophouden kwamen we al snel wat vogelaars tegen die ons wisten te vertellen dat de bewuste vogel nog niet gevonden was. Daarnaast begon het precies hier ook te regenen, wat de zoektocht ook niet meteen vergemakkelijkte. Toch hebben we geprobeerd wat we konden, zagen een grote variatie aan soorten op en rond de plasjes (o.a. Pijlstaart, Tapuit, Zwarte Ruiter, gigantische aantallen Watersnippen, Oeverpieper, Baardman, Bruine Kiekendief, Grote Gele Kwikstaart, Veldleeuwerik, Dodaars en nog veel meer), maar van de Amerikaanse smient inderdaad geen spoor. Achteraf bleek dat de vogel in de loop van de middag weer op de plas te zien was, maar toen waren wij inmiddels al lang en breed vertrokken; het risico van het vak.
De volgende halte werd Kornwerderzand aan het begin van de Afsluitdijk. Op de weg daarheen stopten we nog even vanwege wat groepjes Toppers waartussen zich zowaar een paartje Krooneenden bevond. De bosjes bleken aardig leeg op een wat Goudhanen, Koperwieken en een rondvliegende Beflijster, Keep en barmsijs na. In en rond de sluizen waren wel veel vogels aanwezig, waaronder een mooie groep Kanoeten, meerdere Visdieven en enkele verre Zwarte Sterns, wat Middelste Zaagbekken en veel Toppers, die zich leuk en van dichtbij lieten zien.
Omdat de middag inmiddels aardig vorderde was het tijd om de volgende transfer te maken richting de noordelijke Waddenkust. Zo belandden we uiteindelijk eerst bij Friesland-Buitendijks (Noorderleech), waar vooral de vele Brandganzen, duizenden Goudplevieren, enkele (helaas verre) Blauwe Kiekendieven opvielen, waarna we rustig en al vogelend doorreden naar de pier van Holwerd. Hier waren zoals gebruikelijk veel steltlopers, eenden en ganzen aanwezig, hipte twee Zwarte Roodstaarten tussen de geparkeerde auto's en lieten enkele Oeverpiepers zich leuk zien en horen.
Langzaam maar zeker begon de zon de neerwaartse koers in te zetten en werd het dus tijd voor het toetje: een herfstroestplaats van Ransuilen, pal langs een vrij drukke, openbare weg. We troffen ongeveer acht vogels aan, die eerst natuurlijk even raar opkeken van de plotselinge aandacht maar al snel overgingen tot de orde van de dag (niets doen en rusten) en zich van ons weinig aantrokken. Dit bleek voor velen een toetje dat zeer in de smaak viel en wat we zo hoorden keek iedereen, ondanks het gebrek aan een echte zeldzaamheid, terug op een mooi dagje Friesland!
Voor de komende weken hebben we nog plek op twee andere excursies in het noorden. Op 2 november is er weer een editie van Lauwersmeer compleet en de week erna gaan we (elektrisch) fietsen op Schiermonnikoog. Aanmelden voor de laatste plekken op deze excursies kan via de site!
Comments