Wanneer de zomer op haar einde loopt en de herfst ontegenzeggelijk haar intrede doet, breekt ook de tijd aan dat we meer en meer langs de Waddenkust en in het Lauwersmeergebied te vinden zijn. Er zijn in najaar en winter maar weinig betere vogelplekken te bedenken dan het "hoge noorden", hier lokaal ook wel liefkozend "Top-of-Holland" genoemd.
Gisteren (zaterdag) mocht ik een dag met vogelaars Jeroen en Lennart op stap in mijn favoriete achtertuin. Beiden zijn al flink ervaren en ook scherpe vogelaars en dat maakt een dag altijd nog net even wat leuker en uitdagender. Het voelt dan nog minder als werk dan het normaal al doet omdat niet elke min of meer gewone soort aangewezen hoeft te worden (wat ik overigens met liefde doe, hoor!) en we gezamenlijk onze aandacht dus kunnen richten op het vinden van de krenten in de vogelpap. Dat komt akelig dichtbij wat ik ook doe als ik voor mezelf aan het vogelen ben.
Het blijft echter nog steeds schrapen wat betreft zangvogels, ondanks de inmiddels zichtbare en hoorbare trek van o.a. Graspiepers en Veldleeuweriken. Nadat we rondom de proefboerderij waren begonnen (veel piepers en meerdere Tapuiten) probeerden we kort "de bosjes", maar toen bleek dat het toch overwegend mezen en Roodborsten waren die de klok sloegen, verplaatsten we ons naar wat opener terrein. Pas daar kwam eigenlijk de vogeldag echt op gang, met gigagroepen Baardmannetjes (vele tientallen) en een waanzinnige verrassing: een juveniele BUIDELMEES! Deze zeldzame en kwetsbare soort heeft het afgelopen jaar in het Lauwersmeergebied gebroed, maar of dit exemplaar daaruit voortkomt lijkt mij niet met zekerheid vast te stellen. Hoe dan ook, het betekende een nieuwe soort voor beide heren en daarnaast gewoon een heel fijne vogel!
Dat is natuurlijk een lekkere start van de dag en in combinatie met het najaarszonnetje deed ons besluiten om wat langer in deze hoek van het gebied te blijven hangen. Dat besluit werd beloond met waarnemingen van o.a. Waterral (roepend), Sijsjes, Appelvink maar toch vooral Zeearend en zowaar nog een (verre) Visarend!
Het Jaap Deensgat stond na de vele neerslag enorm vol met water en dat had z'n weerslag op de aantallen vogels. Toch konden we nog genieten van o.a. enkele Casarca's en niet minder dan drie Zeearenden: Een juveniel en twee adulte vogels, waarvan één exemplaar uiteindelijk tevergeefs probeerde een Grauwe gans te grazen te nemen en te verdrinken; een spectaculair gezicht!
Op weg naar de haven voor een inmiddels welverdiende gebakken visbreak zagen we toepasselijkerwijs nog een Visarend samen met flink wat opschroevende Buizerds. Na de lunch stonden de Bantpolder (duizenden Goudplevieren, waartussen we niets geks konden vinden) maar toch vooral Paessens buitendijks op het programma. Dit gebied hebben we de afgelopen winter plat gelopen en vormde steevast een hoogtepunt vanwege de aanwezigheid van vele mooie winterspecialiteiten. Ik was benieuwd of de eerste contouren van een nieuwe succeswinter al te zien waren en die vraag kon bevestigend worden beantwoord. Natuurlijk is het nog te vroeg voor de complete set, maar we waren al erg in onze nopjes met twee Blauwe kiekendieven, meerdere Oeverpiepers en vooral drie prachtige IJsgorzen. Dat smaakt naar meer in de komende weken en maanden!
We liepen beide piertjes af en bij de tweede werden we beloond met een geweldig steltloperfestijn. We stonden precies op het moment dat het water opkwam op de plek waar de getijdendynamiek bij de steltlopers het mooist te zien was; ze vlogen ons letterlijk om de oren. Bonte strandlopers, Kanoeten, Kleine strandlopers, Rosse grutto's, enkele IJslandse grutto's, Groenpootruiters, Zilverplevieren, Steenlopers, Wulpen en een late Regenwulp: Het was prachtig om je aan het eind van de pier, half in de Waddenzee, tijdelijk onderdeel te voelen van de enige echte Nederlandse wildernis. Met een Slechtvalk namen we afscheid van het gebied waar we de komende tijd ongetwijfeld vaak zullen terugkeren!
De laatste bestemming was, zoals te doen gebruikelijk, de Ezumakeeg. Het was inmiddels echter een beetje begonnen te regenen en ook in de Keeg stond het water hoger dan goed is voor leuke aantallen vogels. We zagen er nog wel enkele tientallen Kleine strandlopers, wat Grutto's alsmede een grote groep Reeën.
Terug in Zuidhorn (waar we ook begonnen waren) pikten we tenslotte nog even een Ransuil mee (zat overigens weer voornamelijk verscholen) en konden we terugkijken op een fijne dag Lauwersmeer met soorten die zowel qua kwaliteit als kwantiteit dik in orde waren. Heren, dank voor vandaag en tot een volgende!
Commenti